Palácio de Belém

Wat nu de officiële presidentiële residentie is, werd in de 16e eeuw vlakbij het Jerónimosklooster gebouwd. Het heeft uitgestrekte tuinen met uitzicht op de rivier de Taag en het grenst aan wat nu de botanische tuinen van Belém zijn. In de 18e eeuw kocht koning João V van Portugal het paleis van de Conde de Aveiras en hij gaf een gedeelte van zijn nieuw verworven fortuin uit om het vorstelijk in te richten. Hij bouwde er een manege bij en hij vijzelde het interieur op om zijn buitenechtelijke veroveringen onderdak te kunnen bieden.

Toen de aardbeving van 1755 toesloeg, overleefden de vorst en zijn familie de ramp, net als het paleis, en de koning zorgde voor heel wat opschudding door zijn familie te verhuizen naar tenten die in de paleistuinen waren opgezet om zo het paleis dienst te laten doen als ziekenhuis voor de gewonden en zieken. In 1911 werd het de officiële presidentiële residentie en dit is tot op de dag van vandaag nog steeds het geval (behoudens enkele jaren tijdens de revolutie van 1974).

Vandaag de dag ziet u gewapende bewakers in uniform en politie die het roze paleis bewaken als president Cavaco Silva thuis is. De oude manege is nu een koetsmuseum. Sinds 2004 is een deel van het paleis voor het publiek opengesteld en is het omgetoverd tot een klein museum genaamd Museu da Presidência da República, waar memorabilia van de vorige 17 presidenten tentoon worden gesteld.